Ondernemingen zijn verplicht om voorafbetalingen te doen. Als ze dat nalaten worden ze daarvoor gestraft. Ze moeten dan een ‘belastingvermeerdering’ betalen. Ieder jaar wordt het vermeerderingspercentage bepaald waarmee de vermeerdering wordt berekend. Voor de voorafbetalingen van dit jaar (aanslagjaar 2015) geldt een lager vermeerderingspercentage dan de voorafgaande jaren.

Wie moet voorafbetalen?

Zowel in de personenbelasting als in de vennootschapsbelasting moeten belastingplichtigen die winsten of baten behalen,  voorafbetalingen doen. De verplichting geldt o.a. voor vrije beroepers en ondernemers. Er moeten ook voorafbetalingen gebeuren voor bezoldigingen van bedrijfsleiders en bezoldigingen van meewerkende echtgenoten.

Startende ondernemers moeten de eerste drie jaar geen voorafbetalingen doen: dat geldt zowel voor wie zich voor het eerst vestigt in een zelfstandig beroep als voor beginnende vennootschappen, die ‘klein’ zijn volgens artikel 15 van het Wetboek van Vennootschappen. Zij worden niet gestraft met een vermeerdering als ze geen voorafbetalingen doen.

Wanneer voorafbetalen in 2014?

De voorafbetalingen moeten ten laatste gebeuren op vier vooraf bepaalde data:

voorafbetaling 1: uiterlijk op 10 april 2014;

voorafbetaling 2: uiterlijk op 10 juli 2014;

voorafbetaling 3: uiterlijk op 10 oktober 2014;

voorafbetaling 4 : uiterlijk op 22 december 2014.

Vermeerdering bij geen of onvoldoende voorafbetaling (natuurlijke persoon)

De vermeerdering die wordt opgelegd wegens te weinig voorafbetalingen, wordt berekend als een percentage van het belastingbedrag. Voor aanslagjaar 2015 bedraagt dit percentage 1,69 %. Daardoor bedragen de vermeerderingen heel wat minder dan in de afgelopen jaren.

Voor natuurlijke personen wordt de basisbelasting eerst met 6 % verhoogd voor de berekening van de verschuldigde vermeerdering. De belastingplichtige moet uiteindelijk slechts 90 % van deze vermeerdering betalen.

Voorbeeld

Een zelfstandige ondernemer moet 37.500 EUR (basis)belasting betalen. Hij doet in de loop van het jaar geen voorafbetalingen. De volgende vermeerdering is verschuldigd:  eerst wordt de basisbelasting met 6 % verhoogd: 37.500 x 1,06 = 39.750. Op basis daarvan wordt de vermeerdering berekend, die bedraagt 1,69 % van 39.750 = 671,78.  De ondernemer zal uiteindelijk slechts 90 % van deze vermeerdering werkelijk moeten betalen = 604,60 EUR.

Vermeerdering bij geen of onvoldoende voorafbetaling (vennootschap)

Ook vennootschappen moeten een belastingvermeerdering betalen als ze niet hebben voorafbetaald. De vermeerdering wordt evenwel anders berekend: de verhoging tot 106 % en de beperking tot 90 % zijn hier niet van toepassing.

Voorbeeld

Een vennootschap die 37.500 EUR belasting moet betalen maar geen voorafbetalingen heeft verricht, betaalt dan de volgende vermeerdering: 37.500 x 1,69 % = 633,75 EUR.

Wegwerken van de vermeerdering door voldoende voorafbetalingen te doen

Door voorafbetalingen te doen, wordt de potentiële vermeerdering geneutraliseerd. Iedere voorafbetaling doet het bedrag van de vermeerdering afnemen. Dit wordt berekend door een percentage te nemen van de voorafbetaling (VA). Ook deze percentages werden aangepast:

VA 1 (10 april) aan 2,25 %;

VA 2 (10 juli) aan 1,88 %;

VA 3 (10 oktober) aan 1,50 %;

VA 4 (22 december) aan 1,13  %;

gemiddeld levert dat 1,69 %  op [(2,25 + 1,88 + 1,50 + 1,13)/4] op.

Een voorafbetaling in het eerste kwartaal levert meer op dan één in het tweede, derde of vierde. Een voorafbetaling van 20.000 EUR op 10 april vermindert de mogelijke vermeerdering immers met 450 EUR (2,25 % van 20.000 EUR), terwijl een zelfde voorafbetaling op 22 december de vermeerdering met slechts 226 EUR vermindert (1,13 % van 20.000 EUR).

Hoe werkt het in de praktijk: een voorbeeld voor 2014 (aanslagjaar 2015)

Een kmo moet 100.000 EUR belasting betalen voor boekjaar 2014. Als ze geen voorafbetalingen zou doen, is er een vermeerdering verschuldigd van 1.690 EUR (1,69 % van 100.000 EUR). De vennootschap probeert die hypothetische vermeerdering weg te werken door in de loop van dit jaar de volgende voorafbetalingen te doen:

op 10 april: 40.000 EUR;

in juli werd er geen voorafbetaling verricht voor het tweede kwartaal;

op 10 oktober: 44.000 EUR;

op 20 december: 13.000 EUR.

De voorafbetalingen zullen de mogelijke vermeerdering als volgt wegwerken:

VA 1: 40.000 x 2,25 % =  900 EUR

VA 2: 0 x 1,88 % = 0 EUR

VA 3: 44.000 x 1,50 % = 660 EUR

VA 4: 13.000 x 1,13 % = 147 EUR

Totaal = 1.707 EUR

De mogelijke vermeerdering van 1.690 EUR is daarmee helemaal weggewerkt.

In de personenbelasting:  een bonificatie voor wie te veel voorafbetaalt

In de personenbelasting gaat het systeem nog een stapje verder. Wie meer voorafbetaalt dan nodig om de vermeerdering weg te werken, krijgt daarvoor een tegemoetkoming of ‘bonificatie’.

De bonificatie wordt berekend aan de helft van het percentage dat voor de voorafbetalingen geldt:

VA 1: 1,13 %;

VA 2: 0,94 %;

VA3 : 0,75 %;

VA4 : 0,56 %.

Voorbeeld

Een ondernemer heeft te veel voorafbetaald. De ondernemer deed een voorafbetaling van 15.000 EUR in het laatste kwartaal, terwijl 10.000 EUR had kunnen volstaan. Hij betaalde dus: 5.000 EUR te veel vooraf. De bonificatie bedraagt dan: 5.000 × 0,56 % = 28 EUR. De ondernemer zal 28 EUR minder belasting moeten betalen.

Optimalisatie

Voorafbetalen is enerzijds noodzakelijk om de vermeerdering te vermijden, maar vraagt anderzijds  natuurlijk ook een voorfinanciering door de belastingplichtige. Een eventuele bonificatie in de PB zal dat niet helemaal compenseren. Te veel voorafbetalen heeft dan ook weinig zin.  Een goede voorafbetaling vereist een correcte raming van de verschuldigde belasting. Op die manier kan u wel de vermeerdering wegwerken, zonder te veel te moeten vooraf financieren.