Bepaalde bedragen in de Arbeidsovereenkomstenwet worden jaarlijks geïndexeerd. Voor 2014 zijn de nieuwe bedragen die een invloed hebben op de geldigheid van verschillende bedingen in het arbeidscontract bekend. Opgelet. Door de invoering van het eenheidsstatuut zullen de loonbedragen geen rol meer spelen voor het bepalen van de opzeggingstermijnen. Ook voor het proefbeding en het sollicitatieverlof zullen de loonbedragen niet meer relevant zijn.

Overzicht geïndexeerde loongrenzen

Vanaf 1 januari 2014 bedragen de geïndexeerde loongrenzen:

32.886 euro in plaats van 32.254 euro (2013)

39.422 euro in plaats van 38.665 euro (2013)

65.771 euro in plaats van 64.508 euro (2013)

Loongrenzen worden gebruikt om de toelaatbaarheid te bepalen van het scheidsrechterlijk beding, het concurrentiebeding, het scholingsbeding en de borgtocht. Om na te gaan of de loongrenzen zijn bereikt, kijkt men naar het bruto jaarloon van de werknemer: dit is het bruto maandloon vermenigvuldigd met 12 en vermeerderd met de eindejaarspremie, het variabel loon, het vakantiegeld en alle voordelen die in de arbeidsovereenkomst zijn vastgelegd.

Scheidsrechterlijk beding

Een scheidsrechterlijke beding waarin u vooraf afspreekt om scheidsrechters te laten beslissen over geschillen, is alleen wettelijk voor een bijzondere categorie van bedienden: nl. bedienden met een jaarloon van meer dan 65.771 euro die belast zijn met het dagelijks beheer van de onderneming of die in een afdeling beheersverantwoordelijkheid hebben die kan worden vergeleken met die voor de hele onderneming.

Niet-concurrentiebeding

Het concurrentiebeding is het beding waarbij de werknemer de verbintenis aangaat bij zijn vertrek geen soortgelijke activiteiten uit te oefenen, hetzij door zelf een onderneming op te richten, hetzij door in dienst te treden bij een concurrerende werkgever, en zo u nadeel  berokkent door de kennis, die eigen is aan uw onderneming voor zichzelf of ten voordele van de concurrentie aan te wenden. Een concurrentiebeding is alleen geldig als het jaarloon bij ontslag minstens 32.886 euro bedraagt. Heeft uw werknemer een jaarloon tussen 32.886 euro en 65.771 euro, dan kan het bovendien enkel voor functies vastgesteld bij een sectorale cao of bij een ondernemingscao. Een concurrentiebeding kan altijd wanneer het jaarloon meer dan 65.771 euro bedraagt, behalve voor de functies uitgesloten bij cao.
Voor handelsvertegenwoordigers kan u concurrentiebedingen opstellen als zij een jaarloon hebben dat hoger is dan 32.886 euro.

Scholingsbeding

Het scholingsbeding is elk beding waarbij de werknemer, die tijdens de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst een specifieke vorming volgt op uw kosten, zich ertoe verbindt om een gedeelte van de vormingskosten terug te betalen als hij de onderneming verlaat voor het einde van de overeengekomen periode. Een scholingsbeding kan u slechts afsluiten voor werknemers met een jaarloon van meer dan 32.886 euro.

Borgtocht

In bepaalde gevallen kan u van uw werknemer een borgtocht vragen om er zeker van te zijn dat hij/zij zijn verplichtingen nakomt. Het bedrag van de borgtocht mag niet meer belopen dan respectievelijk 1 of 3 maanden loon naargelang het jaarlijks loon respectievelijk lager of hoger is dan 39.422 euro.

Wijzigingen door invoering eenheidsstatuut (Wet van 26 december 2013, BS 31 december 2013)

Vanaf 1 januari 2014 zullen alle werknemers in principe op dezelfde wijze hun recht van opzeggingstermijn opbouwen. De hoogte van het loon wordt irrelevant. Voor de lopende arbeidsovereenkomsten worden de huidige opzeggingstermijnen bereikt bij de werkgever op 31 december 2013 vastgeklikt. Vanaf 1 januari 2014 wordt volgens de nieuwe regeling bijkomende opzegtermijn verworven.
Het sollicitatieverlof is het recht dat de werknemer heeft om tijdens de opzeggingstermijn afwezig te zijn van het werk met behoud van zijn loon zodat hij de mogelijkheid heeft om een nieuwe job te zoeken. De duur van het sollicitatieverlof zou niet langer afhankelijk zijn van het jaarloon. De halve of hele dag verlof om werk te zoeken, zou vanaf 1 januari 2014 vooral afhangen van de duur van de opzegtermijn van de werknemer.
Vanaf 1 januari 2014 verdwijnt ook het proefbeding voor bedienden. De regels blijven wel van kracht voor arbeidsovereenkomsten die afgesloten zijn vóór die datum.