Tweehonderd jaar. Zo oud zijn de regels van het Belgisch erfrecht. Ze dateren immers nog uit de tijd van Napoleon (de code civil van 1804). Na twee eeuwen was er dus wel nood aan een opfrissing. Op 1 september jl. werden de nieuwe regels gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Wij geven een eerste overzicht. De nieuwe regels treden over een jaar in werking op 1 september 2018.
Groter beschikbaar deel voor de erflater
U weet allicht dat het in België niet mogelijk is om uw kinderen volledig te onterven. Ze worden beschermd en hebben recht op een reservatair gedeelte. Het deel waarover de ouder (erflater) vrij kan beschikken, heet het beschikbaar gedeelte. Het beschikbaar deel wordt kleiner naarmate er meer kinderen zijn:
één kind: beschikbaar deel = 1/2, reserve van de kinderen = 1/2
twee kinderen: beschikbaar deel = 1/3, reserve = 2/3
drie kinderen en meer: beschikbaar deel = 1/4, reserve = 3/4
In het nieuwe erfrecht is het aantal kinderen niet meer van belang. Reserve en beschikbaar deel zullen steeds elk de helft van de nalatenschap bedragen. Ouders met twee kinderen of meer krijgen nu dus meer vrijheid om nu vermogen na te laten aan wie ze willen.
Wat dan voor wie geen kinderen heeft? Heeft er dan iemand recht op een reservatair deel? Ja, bij een kinderloze erflater hebben de overlevende ouders elk een reservedeel van 1/4. In het nieuwe erfrecht wordt dit geschrapt. De overlevende ouders van de erflater zullen geen reserve meer hebben, maar krijgen in de plaats een onderhoudsvordering tegenover de nalatenschap als ze behoeftig zijn.
Inkorting en inbreng
Als de overledene tijdens zijn leven teveel van zijn vermogen al heeft weggeschonken, kunnen de reservataire erfgenamen vragen (meestal de kinderen) dat de geschonken goederen weer naar de nalatenschap komen. De begiftigde moet dan (een deel van) wat hij heeft gekregen, teruggeven. Dat heet met een juridische term inkorting. Volgens de oude regels moest deze inkorting in natura gebeuren: de begiftigde moet dan het goed zelf teruggeven. Bij de nieuwe regels moet de inbreng in waarde gebeuren. De begiftigde kan het gekregen goed zelf houden, maar moet de tegenwaarde van het goed teruggeven aan de nalatenschap.
Naast de inkorting bestaat ook de juridische figuur van de inbreng. Bij een inbreng moet een wettelijke erfgenaam de schenkingen die hij voor het overlijden van de erflater heeft gekregen, opnieuw in de massa inbrengen. Dat moet omdat wat hij eerder als schenking heeft gekregen, wettelijk wordt beschouwd als een voorschot op zijn deel van de erfenis. Door de inbreng wordt er gegarandeerd dat de erfgenamen een gelijk deel krijgen. Op die manier worden de erfgenamen die eerder nog niets kregen beschermd. In de vroegere regeling werd de inbreng voor roerende en onroerende goederen anders geregeld. Dat onderscheid valt nu weg.
Nog even samenvatten:
inkorting: goederen die eerder waren geschonken moeten in waarde terug aan de nalatenschap worden gegeven om de reservataire erfgenamen te beschermen
inbreng: een wettelijke erfgenaam moet het voorschot dat hij op zijn erfdeel heeft gekregen, terug in de nalatenschap inbrengen om de gelijkheid tussen de erfgenamen te waarborgen
Globale en punctuele erfovereenkomst
Het nieuwe erfrecht biedt u meer mogelijkheden om uw nalatenschap te regelen. Zo zal u op voorhand al overeenkomsten kunnen sluiten over uw nalatenschap met uw erfgenamen. Iets wat tot op heden verboden was op enkele uitzonderingen na. Groot voordeel is dat u uw erfgenamen er nu al bij kan betrekken, wat discussies achteraf kan beperken. U kan opteren om alles te regelen in een globale erfovereenkomst, of slechts bepaalde details af te spreken in een punctuele erfovereenkomst.
U deed in het verleden al een successieplanning. Wat nu?
In principe zijn de nieuwe regels ook van toepassing op oude successieplannen. In een overgangsperiode van één jaar heeft u tijd om te beslissen wat u daarmee wil: u kan er voor kiezen om uw plan permanent onder de oude regels te laten vallen of de nieuwe regels te gaan toepassen met eventueel de nodige aanpassingen.