Kleine ondernemingen zijn van btw vrijgesteld: ze moeten geen btw aanrekenen op hun diensten, maar mogen evenmin de btw die ze zelf betalen, aftrekken. Een onderneming is ‘klein’ voor de btw als ze een omzet heeft die minder bedraagt dan 25.000 EUR. In deze bijdrage bekijken we hoe deze omzet moet worden berekend.
Drempel van 25.000 EUR
Kleine ondernemingen zijn ondernemingen die een omzet halen (exclusief btw) van minder dan 25.000 EUR. Op het eerste zicht lijkt het eenvoudig deze drempel te berekenen: de omzet van alle afzonderlijke handelingen bij elkaar optellen.
Zo eenvoudig is het helaas niet, sommige handelingen worden immers uitdrukkelijk uit de berekening gesloten. Een onderneming kan dus een omzet hebben van 40.000 EUR (waarbij alle handelingen worden meegeteld), maar toch een kleine onderneming zijn, omdat voor de berekening van de drempel enkele handelingen niet worden meegerekend, waardoor de relevante omzet slechts 20.000 EUR bedraagt (onder de drempel van 25.000 EUR).
We bekijken wat er wel en niet in de berekening wordt meegenomen.
Berekening van de omzet: handelingen die mee worden geteld
De omzet wordt gevormd door de bedragen (exclusief btw) op te tellen van zowel de belastbare leveringen van goederen en diensten als van de vrijgestelde handelingen.
Berekening van de omzet: handelingen die niet mee worden geteld
De bank- en financiële verrichtingen (die geen recht op aftrek verlenen) en de verzekerings- en herverzekeringsverrichtingen (die vrijgesteld zijn van btw) worden niet meegeteld op voorwaarde dat ze het karakter van bijkomende handelingen hebben.
Handelingen die niet in berekening van de omzet worden meegenomen:
de overdracht van lichamelijke of onlichamelijke bedrijfsmiddelen van de onderneming;
het vervreemden van een nieuw gebouw of het vestigen of overdragen van een zakelijk recht op een nieuw gebouw;
de leveringen van nieuwe vervoermiddelen vervoerd naar een andere lidstaat;
de leveringen van goederen en diensten verricht door een belastingplichtige die niet in België is gevestigd;
het invoeren, verwerven of produceren van tabaksproducten;
het rechtstreeks van het vissersvaartuig in de gemeentelijke vismijn van de aanvoerhaven brengen van vis, schaal-, schelp- en weekdieren;
de handelingen verricht op verborgen wijze, zoals zwarte verkopen;
de handelingen van landbouwondernemers;
in het buitenland verrichte handelingen;
de volgende vrijgestelde handelingen: contracten van uitgave, levering van postzegels, fiscale zegels en andere soortgelijke zegels en weddenschappen, loterijen en andere kans- en geldspelen.
Ten slotte worden ook eventuele ontvangsten als loontrekkende en opbrengsten van het beheer van het privépatrimonium buiten beschouwing gelaten.
Drempel bij meerdere personen die samen één activiteit uitoefenen
Wanneer verscheidene personen in onverdeeldheid of in vereniging samen eenzelfde economische activiteit uitoefenen, wordt de omzet berekend door de omzetcijfers die ze realiseren samen te tellen.
Drempel bij echtgenoten die ieder een eigen activiteit uitoefenen
Als echtgenoten elk apart een economische activiteit uitoefenen, wordt de omzet voor hen beide apart berekend en dit ongeacht hun huwelijksvermogensstelsel waarvoor ze gekozen hebben.
Formaliteiten bij het overschrijden van de omzetdrempel
Als het totaalbedrag van de omzet in de loop van een kalenderjaar de drempel overschrijdt, wordt de kleine onderneming opnieuw onderworpen aan de gewone regeling voor de handelingen verricht vanaf het verstrijken van de maand waarin het totaalbedrag van de omzet werd overschreden. Een kleine onderneming die in de loop van september de drempel overschrijdt, zal vanaf oktober opnieuw btw moeten aanrekenen. Er moet dus niet met terugwerkende kracht btw ingevorderd worden voor de periode januari tot september.
De onderneming moet bij de overschrijding van de drempel zelf onmiddellijk het btw-controlekantoor hiervan op de hoogte brengen.
Opmerking 1: aanvang activiteit tijdens het jaar
Voor ondernemingen die een activiteit aanvangen in de loop van een kalenderjaar moet het omzetcijfer worden verminderd in verhouding tot de duur van de activiteit van de onderneming gedurende het jaar van aanvang.
Opmerking 2: regeling ‘kleine onderneming’ is niet verplicht
Ter volledigheid geven we nog mee dat het toepassen van de regeling van de kleine onderneming niet verplicht is. Met andere woorden: een onderneming die een omzet heeft lager dan 25.000 EUR en dus eigenlijk een vrijgestelde kleine onderneming is, mag er voor kiezen om toch gewoon de btw toe te passen voor de leveringen die ze doet en diensten die zij presteert. Als ze daarvoor kiest zijn de gewone regels van toepassing.
Het is echter niet de bedoeling dat ondernemingen voortdurend wisselen en het ene jaar gebruik maken van het regime voor de kleine onderneming en het volgend jaar voor de gewone regels kiezen. Daarom kan de belastingplichtige na zijn keuze voor de toepassing van het gewone regime, pas opnieuw overschakelen naar de vrijstellingsregeling voor kleine ondernemingen vanaf 1 januari van het derde jaar na dat waarin de optie uitwerking heeft gehad.