Een familiale onderneming of vennootschap kan in Vlaanderen “belastingvrij” overgaan op de erfgenamen als aan een aantal voorwaarden is voldaan. Zo komt ze enkel voor de vrijstelling in aanmerking als ze gedurende drie jaar vóór en vijf jaar na het overlijden een jaarrekening kan voorleggen. Voortaan moet die jaarrekening worden opgemaakt en gepubliceerd volgens de boekhoudwetgeving die in België van kracht is op het ogenblik van het overlijden.
Voorwaarden vrijstelling
Bij erfoverdracht van een familiale onderneming of een familiale vennootschap, kan u een vrijstelling van successierechten verkrijgen op de totale waarde van de onderneming of op de aandelen van de vennootschap. Die vrijstelling is gebonden aan drie voorwaarden:
het moet gaan om een “familiale onderneming” of een “familiale vennootschap”;
de vrijstelling geldt alleen wanneer het bedrijf of de aandelen van het bedrijf in de drie jaar voor het overlijden van de erflater, ononderbroken, voor ten minste 50% toebehoorden aan de overledene of aan diens echtgenoot, en op voorwaarde dat de erfgerechtigden het bedrijf, de aandelen of de vorderingen spontaan hebben vermeld in de aangifte van nalatenschap;
het bedrijf moet in de drie jaar vóór het overlijden gemiddeld 500.000 euro aan loonlasten hebben uitbetaald aan werknemers in de Europese Economische Ruimte (Europese Unie, Noorwegen, IJsland, Liechtenstein). Gedurende een periode van vijf jaar na het overlijden moet het bedrijf in totaal vijf derde van de loonlasten die zijn betaald vóór het overlijden, uitbetalen aan werknemers in de EER. Voor overlijdens tot en met 31 oktober 2007 gold dat het aantal werknemers gedurende de eerste vijf jaren na het overlijden moest behouden blijven op minstens 75% (tewerkstellingsvoorwaarde). Let op. Door de economische crisis wordt de loonlastenvoorwaarde tijdelijk op nul gezet en de tewerkstellingsvoorwaarde geschrapt: overlijdens tussen 1 januari 2004 tot 31 maart 2011 worden vrijgesteld van de tewerkstellingsvoorwaarde (vanaf 1 november 2007: loonlastenvoorwaarde) tijdens de periode na het overlijden; en overlijdens tussen 1 april 2009 tot 30 juni 2014 zijn vrijgesteld van de loonlastenvoorwaarde tijdens de periode vóór het overlijden.
Bewijsstuk: jaarrekening
Een onderneming of vennootschap komt enkel voor de vrijstelling in aanmerking als ze gedurende drie jaar vóór en vijf jaar na het overlijden een jaarrekening kan voorleggen.
Voortaan moet u die jaarrekening opmaken en indien verplicht publiceren volgens de boekhoudwetgeving die in België van kracht is op het ogenblik van het overlijden. Stel dat uw vennootschap of onderneming een zetel buiten België heeft maar binnen de EER, dan moet u een jaarrekening opmaken en publiceren volgens de boekhoudwetgeving van de lidstaat waar haar maatschappelijke zetel is gevestigd bij overlijden.
Wannneer u niet verplicht bent om een jaarrekening op te maken, bent u ook niet verplicht om er een op te maken voor het verkrijgen van de vrijstelling van successierechten. Ook de verplichting tot publicatie geldt alleen als de vigerende boekhoudwetgeving die oplegt op het ogenblik van overlijden. De wetgever heeft de verplichting tot publicatie recent toegevoegd om de participatie- en tewerkstellingsvoorwaarde te kunnen controleren. En door te verwijzen naar ‘de vigerende boekhoudwetgeving’ kan ook de kapitaalvoorwaarde mee evolueren met eventuele wijzigingen aan de boekhoudkundige verplichtingen van kleine ondernemingen vanuit Europees perspectief.
Jaarrekening kleine ondernemingen op de helling?
Het Europees Parlement heeft op 10 maart 2010 een wijziging van de Europese boekhoudkundige regels goedgekeurd. Zeer kleine ondernemingen (micro-entiteiten) kunnen worden vrijgesteld van de verplichting om een jaarrekening op te stellen. Die vrijstelling zou gelden voor ondernemingen die voldoen aan twee van de drie volgende criteria:
een balanstotaal van minder dan 500.000 euro;
een netto-omzet onder de 1.000.000 euro; en/of
een gemiddelde van tien werknemers tijdens het boekjaar.
Het Europees Parlement laat de lidstaten wel zelf kiezen of ze de kleine ondernemingen zullen vrijstellen. In België stuit het voorstel alvast op verzet. In ons land zou immers meer dan 70% van de bedrijven in aanmerking komen.
Aanvraag
Een vrijstellingsaanvraag van de Vlaamse successierechten dient u in bij de Vlaamse Belastingdienst, Bauwensplaats 13 te 9300 Aalst (tel. 053/72.22.72 of 053/72.24.40, fax 053/72.23.75, e-mail: successierechten@vlaanderen.be). De Vlaamse Belastingdienst reikt een attest uit dat u samen met de aangifte van nalatenschap indient bij de belastingadministratie. Dit attest bewijst aan de fiscus dat u aan de vrijstellingsvoorwaarden voldoet.