Zowat iedere stap in een mensenleven heeft fiscale gevolgen. Ook gaan samenwonen of trouwen heeft een fiscaal kantje. Wij gidsen u in vogelvlucht door de fiscale gevolgen van het huwelijk of het wettelijk samenwonen. Zo bent u ‘fiscaal’ al vast klaar voor de grote sprong.

Gehuwden worden apart belast, maar krijgen een gemeenschappelijke aanslag

Als u gehuwd bent, krijgt u samen met uw echtgenoot  één gemeenschappelijke aanslag. Let op: dit wil niet zeggen dat u ook samen wordt belast. De door u en uw partner verschuldigde belasting wordt immers eerst apart berekend. Daarna worden de verschillende bedragen samengeteld en in één gemeenschappelijke aanslag opgenomen.

Aangezien u beiden apart belast wordt, krijgt u ook ieder een belastingvrije som. De basissom is voor iedereen hetzelfde: het maakt daarbij niet uit of u gehuwd, samenwonend of alleenstaand bent. De basissom kan dan verder verhoogd worden, bv. als u kinderen ten laste heeft.

Huwelijksquotiënt: een deel van uw inkomen overhevelen naar uw echtgenoot

U mag een deel van uw inkomen ‘overhevelen’ naar uw echtgenoot. Dat principe noemt men het huwelijksquotiënt. Het is de ideale methode om de uiteindelijk door u verschuldigde belasting te drukken. U zal dan immers een lager belastbaar inkomen hebben, omdat u een deel aan de ander geeft. Bij uw echtgenoot, die een deel krijgt, is dat gekregen deel natuurlijk wel belastbaar, maar dat zal ofwel onder een lagere schijf vallen dan bij u (de gever) ofwel bij uw echtgenoot (de ontvanger) zelfs niet boven de belastvrije som uitkomen, waardoor die er zelfs helemaal niet op wordt belast. U merkt het: deze techniek is bedoeld voor koppels waarvan één van beide partners geen of slechts een laag eigen inkomen heeft. Als het niet in uw voordeel is, wordt het huwelijksquotiënt niet toegepast.

Als uw echtgenoot geen beroepsinkomen heeft, mag u 30 % van uw totale inkomen aan hem/haar toerekenen met een maximum van 10.090 EUR (voor dit aanslagjaar: inkomen uit 2013).  Als uw echtgenoot een laag beroepsinkomen heeft, moet u aan het tellen slaan. Het volgende voorbeeld maakt duidelijk hoe u daarbij te werk moet gaan.

Voorbeeld

U heeft een belastbaar inkomen van 30.000 EUR. Uw echtgenoot verdiende 5.000 EUR. U wil graag het huwelijksquotiënt toepassen.

Eerst telt u uw beider beroepsinkomsten samen: 30.000 EUR + 5.000 = 35.000 EUR. Van dat totaal (35.000) wordt 30 % genomen, hier is dat 10.500 EUR. Dit resultaat moet worden beperkt tot het maximum, nl. 10.090 EUR.

Van deze 10.990 wordt vervolgens het inkomen van uw echtgenoot (die met het laagste inkomen) afgetrokken. Het uiteindelijk resultaat is het huwelijksquotiënt dat u aan uw echtgenoot kan toekennen: 10.090 – 5.000 = 5.090 EUR.

Wat moet u dan aangeven:

voor u zelf: 30.000 – 5.090 = 24.910

voor uw echtgenoot: 5.000 + 5.090 = 10.090

Uw echtgenoot als ‘meewerkende echtgenoot’ inschakelen in uw beroepsactiviteit

Als u zelfstandige bent (ondernemer of vrije beroeper), kan u zich in uw beroepswerkzaamheden laten bijstaan door uw echtgenoot, die daar dan een bezoldiging als meewerkende echtgenoot voor mag ontvangen. Een meewerkende echtgenoot wordt zelf ook beschouwd als een ‘zelfstandige’, met alle daarbij horende fiscale en sociale verplichtingen en rechten (bv. zelf voorafbetalingen doen, sociale zekerheidsbijdragen betalen, …).

De bezoldiging die u aan uw meewerkende echtgenoot betaalt, moet een ‘normale bezoldiging’ zijn voor de geleverde prestaties, maar wordt wel beperkt tot 30 % van uw beroepsinkomen. Als u kan bewijzen dat het werk dat uw helpende echtgenoot doet, ‘kennelijk’ recht geeft op een groter deel dan 30 %, mag u toch meer toekennen. Het is aan u om dat te bewijzen.

Kan u het huwelijksquotiënt en het systeem van de meewerkende echtgenoot tegelijkertijd toepassen?

U mag beide systemen combineren. U moet dan wel de voorwaarden voor ieder systeem vervullen. U kan dus niet bovenop het maximum van het huwelijksquotiënt (10.090 EUR) ook nog eens een meewerkinkomen aan uw echtgenoot betalen. De grens van het huwelijksquotiënt is met andere woorden het absoluut maximum.

Wat mag dan wel? Bv. u bent zelfstandige, uw echtgenoot werkt mee in uw zaak en ontvangt een meewerkinkomen van 6.500 EUR. In dat geval kan u bovenop het meewerkinkomen ook nog het huwelijksquotiënt toepassen tot maximaal 10.090 EUR.

Bijzondere gevallen: jaar van huwelijk, feitelijke scheiding

Voor het jaar van het huwelijk wordt u toch nog als alleenstaande belast: u krijgt dus elk uw eigen aanslagbiljet. Als u al eerder (ten laatste het jaar voor het huwelijk) wettelijke samenwonend was, krijgt u ook voor het jaar van hun huwelijk al een gemeenschappelijke aanslag.

Als u feitelijk gescheiden bent,  krijgt u het eerste jaar nog een gezamenlijke aanslag. Het jaar volgend op de feitelijke scheiding krijgt u beiden opnieuw elk uw eigen aanslag.

Wettelijk samenwonenden worden gelijkgesteld met echtgenoten

De regels voor gehuwden die hier besproken werden, gelden sinds 2005 ook voor wettelijk samenwonenden.

Voor feitelijk samenwonenden zijn er geen speciale regels. Zij worden door de fiscus gewoon als alleenstaanden beschouwd.