Wie ooit in een verenigingsleven heeft gezeten, kent het: op affiches moet – in principe – belasting betaald worden. Dat is niet nieuw. Anno 2019, volop het digitale tijdperk, is dat nog steeds zo. Een anachronisme maar het kan u wel geld kosten…
De plakbrief
In principe is de belasting op aanplakking verschuldigd voor “om het even welke plakbrief die voor het publiek zichtbaar is, en waarvan de oppervlakte groter is dan 1 vierkante meter”. Laten we dit eens woord voor woord bekijken.
U denkt bij het begrip “plakbrief” wellicht eerst en vooral aan de papieren affiche, vastgeniet of gelijmd op het gemeentelijke uithangbord. Maar de fiscus ziet het toch wel wat ruimer… de belasting kan betrekking hebben op allerlei voorwerpen, zoals zonneschermen, presenteervoorwerpen, afbakeningslinten, windschermen, voer- en vaartuigen, vliegtuigen, luchtballonnen, enz.
Ook lichtaankondigingen, aankondigingen via lichtprojecties en publiciteit op muren vallen er onder.
De “plakbrief” moet “groter zijn dan 1 vierkante meter”. U denkt … dan hang ik er 2 van 0,5 vierkant meter… Helaas! Twee gelijke of gelijkaardige aankondigingen die naast elkaar geplaatst of derwijze bij elkaar geplaatst zijn dat ze één geheel vormen, worden voor de toepassing van de belasting als één geheel beschouwd. Bijvoorbeeld: het sandwichbord.
Opgelet: uithangborden zijn niet geviseerd. Het gaat dan om herkenningstekens die op de voorgevel van een huis of boven de ingangsdeur zijn aangebracht. Maar ook het logo op een auto is een uithangbord en daarom niet onderworpen aan de belasting. Het essentiële verschil tussen een plakbrief en een uithangbord is dat je met die laatste eigenlijk communiceert wat je (commercieel) doet. Publiciteit voor een derde kan nooit een uithangbord zijn. De publiciteit op een luchtballon voor de uitbater van die ballon is een uithangbord… maar de publiciteit voor een derde is een “plakbrief”.
Een ander voorbeeld van een uithangbord versus een plakbrief is de publiciteit die men plaatst, daar waar men tijdelijk activiteiten uitoefent. Denk aan een werfdoek van een aannemer. Zolang er een werf is, is de publiciteit een uithangbord. Maar het wordt een plakbrief van zodra de activiteit stopt, zelfs als de werken nog voorlopig of definitief in ontvangst moeten genomen worden.
“Publiek zichtbaar” is meer dan straten, pleinen, en openbare wegen. Plaatsen en gebouwen die toegankelijk zijn voor het algemene publiek, zoals cafés, restaurants, winkels, enz. vallen er ook onder. Het feit dat een plaats niet toegankelijk zou zijn voor bijvoorbeeld jongeren, maakt niet dat ze niet meer openbaar toegankelijk is.
Wat er niet in deze definitie staat, is wat er op de plakbrief staat: in eerste instantie wordt natuurlijk de puur commerciële publiciteit geviseerd. Maar dat hoeft helemaal niet. De belasting is verschuldigd ongeacht de aard van de communicatie. Er zijn wel enkele vrijstellingen maar die zijn zeer specifiek.
Tarief
Het basistarief van de belasting is 0,50 euro per m2 of per breuk van één m2. Een affiche van 1,2m2 kost dus 1 euro (0,5 euro voor de 1m2 en een 0,50 eur voor het begin van de tweede m2). U moet altijd naar de hogere vierkante meter afronden.
Op lichtaankondigingen en aankondigingen door middel van lichtprojecties betaalt u vijfmaal de normale belasting (dus 2,5 euro) per vierkante meter of breuk van vierkante meter). De taks is verschuldigd per kalenderjaar.
Verplaatsen, herstellen, wijzigen
Als u de plakbrief “verplaatst” van de ene locatie naar een andere, dan is de belasting in principe opnieuw verschuldigd . Dat geldt uiteraard niet voor bewegende objecten (voertuigen en luchtballons).
Als u bijvoorbeeld een spandoek heeft dat u weghaalt bij slecht weer, dan is het niet zo dat u de taks terug verschuldigd bent als u het doek terug op dezelfde plaats ophangt.
De plakbrief herstellen geeft geen aanleiding tot een nieuwe taks. Vervangt u de plakbrief na verloop van tijd door een nieuwe, dan is de belasting ook opnieuw verschuldigd tenzij de nieuwe volkomen gelijk is aan de eerste.
Laat u de plakbrief wijzigen, dan is er in principe opnieuw belasting verschuldigd, en met name op de oppervlakte van het gedeelte van de plakbrief waaraan een wijziging werd aangebracht.
Daar geldt wel een uitzondering op: namelijk als de wijziging het gevolg is van bijvoorbeeld een verandering van woonplaats of een wijziging van de naam van de onderneming. Dat wordt genegeerd.
De aangifte
Vóór u aanplakt moet u aangifte doen. U vult een aangifte in en stort het verschuldigde bedrag op de bankrekening van het Inningscentrum – diverse taksen. Daarna pas plakt u.
U bent “belastingschuldige” als u
de persoon bent die er belang bij heeft dat de plakbrief aangeplakt wordt;
een ondernemer van aanplakking bent (publiciteitsagentschappen, advertentie- of reclamekantoren); of
een vergunninghouder bent.
U moet alle documenten goed bijhouden want bij een controle moet u de aangifte kunnen voorleggen en u moet kunnen aantonen hoe u aan de aangegeven sommen bent gekomen.
Bij lichtprojecties is de belasting per kalenderjaar verschuldigd en moet de jaarlijkse taks telkens in januari aangegeven worden.
Wie zal dat betalen?
In de praktijk zal de belasting geregeld worden door de ondernemer die zich bezighoudt met het plaatsen en het onderhouden van ‘plakbrieven’ zoals publiciteitsagentschappen, advertentie- of reclamekantoren.
Maar wettelijk gezien is elke persoon die er belang bij heeft dat de plakbrief wordt aangebracht hoofdelijk aansprakelijk dat de belasting betaald wordt.
Plakt u aan zonder betaling van de belasting is een boete verschuldigd van vijfmaal de ontdoken belasting, zonder dat de boete minder dan 25 euro mag bedragen. Bij goede trouw verlaagt de fiscus die boete echter tot de boete verminderd tot 50% van de verschuldigde belasting. Als u spontaan rechtzet is er zelfs geen boete verschuldigd.