Ons jaarrekeningrecht is op de Vierde en Zevende Boekhoudrichtlijnen gebaseerd. De nieuwe Europese Jaarrekeningrichtlijn 2013/34/EU van 26 juni 2013 voor niet-beursgenoteerde ondernemingen vervangt deze richtlijnen en wijzigt ingrijpend het bestaande wettelijke kader. De nieuwe richtlijn voorziet verschillende regelingen voor micro-, kleine, middelgrote en grote ondernemingen zodat de administratieve kosten bij de naleving van de jaarrekeningregels in verhouding zijn tot de grootte van de betrokken ondernemingen. De besprekingen over de omzetting van de richtlijn in interne wetgeving zijn volop aan de gang.
Small Business Act met Think Small First-principe
Richtlijn 2013/34/EU van 26 juni 2013 moderniseert en vereenvoudigt een aantal bepalingen van de Vierde (jaarrekening) en Zevende (geconsolideerde jaarrekening) Boekhoudrichtlijn. Beide richtlijnen vormen de basis van ons jaarrekeningrecht. De nieuwe richtlijn kadert onder meer in het actieplan van de Europese Commissie “Een Small Business Act voor Europa” dat het “Think Small First”-principe concrete inhoud geeft. Het Think Small First-principe houdt niet in dat microbedrijven en kmo’s de wetgeving niet moeten toepassen. De bedoeling is dat bij het opstellen van wetgeving rekening wordt gehouden met het feit dat deze ook zal gelden voor kleine entiteiten. De nieuwe Jaarrekeningrichtlijn moedigt de lidstaten aan voor micro-, kleine, middelgrote en grote ondernemingen in een verschillende regeling te voorzien.
Definitie kleine vennootschappen
De definitie van een kleine vennootschap vinden we terug in artikel 15 van het Wetboek van Vennootschappen (W.Venn.). De definitie is gebaseerd op de drempels inzake het jaargemiddelde van het personeelsbestand, de omzet en het balanstotaal. Het zijn vennootschappen met rechtspersoonlijkheid die voor het laatst en het voorlaatst afgesloten boekjaar, niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden:
jaargemiddelde van het personeelsbestand: 50;
jaaromzet, exclusief btw: 7.300.000 euro;
balanstotaal: 3.650.000 euro;
tenzij het jaargemiddelde van het personeelsbestand meer dan 100 bedraagt.
De criteria netto-omzet en balanstotaal in de richtlijn liggen hoger dan onze huidige bedragen die zullen verhogen (de huidige criteria zijn sinds 2004 trouwens niet meer aangepast aan het indexcijfer van de consumptieprijzen). Die aanpassing van de drempelwaarden zal een impact hebben op de rapporteringsverplichtingen, de benoeming van een commissaris en op alle (fiscale) wettelijke bepalingen die naar artikel 15 van het W.Venn. verwijzen.
Definitie micro-vennootschappen
De richtlijn voorziet ook in de mogelijkheid om micro-ondernemingen in te voeren. Een begrip dat we niet in het Belgisch recht kennen.
Micro-ondernemingen zijn ondernemingen die op balansdatum minstens 2 van de 3 criteria niet overschrijden:
balanstotaal: 350.000 euro;
netto-omzet: 700.000 euro;
een gemiddeld personeelsbestand van 10 werknemers.
Deze ondernemingen kunnen een subcategorie van de kleine ondernemingen vormen met beperktere rapporteringsverplichtingen: vrijstelling van accrual accounting (d.i. kosten en opbrengsten toewijzen aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben, ongeacht het tijdstip van betaling ervan); vrijstelling van toelichting bij de balans- en resultatenrekening op voorwaarde dat de belangrijkste informatie in een voetnoot bij de balans wordt vermeld; vrijstelling van het jaarverslag (zoals voor kleine ondernemingen in België) en vrijstelling van de publicatieplicht of openbaarmaking van de jaarrekening maar de balansinformatie moet wel bij minstens één daartoe aangewezen bevoegde autoriteit worden neergelegd. De richtlijn voorziet verder ook in vereenvoudigingen voor de financiële rapportering van de micro-entiteiten (beperkte balans, beperkte winst- en verliesrekening, waardering aan reële waarde).
De sociale partners binnen de Centrale voor het Bedrijfsleven pleiten alvast voor de invoering van een nieuwe categorie van micro-ondernemingen. Dit zou in België neerkomen op 320.000 ondernemingen (van de 385.000 ondernemingen).
Quid geconsolideerde jaarrekening?
Ook voor groepen en dus de geconsolideerde jaarrekening worden nieuwe (vrij lage) drempels voorzien. Wellicht wordt gekozen voor drempelbedragen die bij de maxima aanleunen om het bestaande landschap niet te sterk te verstoren (huidige drempels: balanstotaal van 14,6 miljoen euro, jaaromzet exclusief belastingen en btw van 29,2 miljoen euro en jaargemiddelde van 250 werknemers).
Inwerkingtreding nieuwe wetgeving
De EU-lidstaten, en dus ook België, moeten hun interne wetgeving uiterlijk op 20 juli 2015 aan deze nieuwe richtlijn aanpassen. De regels zullen voor het eerst van toepassing zijn op datum van inwerkingtreding van de nieuwe wetgeving of op jaarrekeningen voor boekjaren die beginnen op 1 januari 2016 of gedurende het kalenderjaar 2016.